Het onderzoek is uitgevoerd voor Voion, het arbeidsmarkt en opleidingsfonds voor het voortgezet onderwijs. Het gaat hier om een tweede meting naar de feitelijke besteding van de beschikbaar gestelde middelen die het convenant Aanpak lerarentekort mogelijk maakt. Eerder voerden de onderzoekers ook al een eerste meting uit.

Wijze van onderzoek

Om dit onderzoek goed en gedegen uit te voeren, hebben Van Hassel en Scheeren onder andere data van 287 schoolbesturen geanalyseerd, die zijn aangeleverd door het ministerie van OCW en DUO. Ook zijn de jaarverslagen van schoolbesturen geanalyseerd, want het convenant stelde als eis dat besturen in hun jaarverslag moesten aangeven of zij gebruikmaakten van de beschikbaar gestelde middelen. In totaal zijn er 65 jaarverslagen bekeken van schoolbesturen uit verschillende regio’s en van diverse groottes (uitgedrukt in fte’s).

Tenslotte zijn 11 interviews afgenomen met betrokkenen uit het vo: één schoolbestuurder, drie schoolleiders en zeven docenten.

Waar zijn de middelen aan besteed?

Uit het onderzoek blijkt dat de beschikbaar gestelde middelen besteed worden aan maatregelen voor met name:

• Werkdrukverlichting (81%)
• Ontwikkeltijd (54%)
• Onderwijsinnovatie (54%)
• Begeleiding van zij-instromers en startende leraren (47%)

Dit sluit nauw aan bij de eerste meting die was uitgevoerd.

Aanbevelingen voor toekomstige regelingen

Uit het onderzoek blijkt dat het idee wordt gewaardeerd om van onderaf maatregelen te organiseren en leidt het tot creatieve en op maat ontwikkelde maatregelen. Het resultaat van die maatregelen moet nog afgewacht worden en zal moeten worden geëvalueerd. Het belang van evalueren wordt wel ingezien, maar is in het algemeen nog vrijblijvend. In het rapport staat verder: ‘Uit de gesprekken in zowel de eerste als deze tweede meting komt naar voren dat het niet altijd duidelijk is hoe besturen en scholen de middelen hebben besteed en of dit voor de beoogde doelen is gebeurd. Dit maakt het extra van belang om voorafgaand aan de uitvoering van een convenant kennis te delen over effectieve maatregelen, maar ook te waarborgen dat het geld herkenbaar en aan relevante activiteiten geoormerkt wordt.’

In het rapport worden de volgende aanbevelingen gedaan:

• Handhaaf de voorwaarde om de maatregelen van onderaf met betrokkenheid van het onderwijzend personeel te organiseren.
• Geef meer aandacht aan de evaluatie van maatregelen bij toekomstige regelingen en stel dat zo nodig verplicht.
• Geef meer aandacht aan kennisdelen over (langdurige) effectieve maatregelen.
• Waarborg dat de middelen besteed worden aan doelen waar deze voor bedoeld zijn en zorg ervoor dat deze middelen herkenbaar aan activiteiten geoormerkt worden.
• Leg meer nadruk op het belang van een goede informatievoorziening bij docenten binnen de scholen.
• Denk na over het moment waarop de gelden beschikbaar komen. Eind van het jaar zijn bijvoorbeeld al veel plannen voor het komend jaar gemaakt.
• Geef scholen voldoende ruimte en tijd om plannen te maken en voor de komende periode te realiseren.

Meer informatie

Wil je meer informatie over het onderzoek? Neem onderaan de pagina dan contact op met Van Hassel of Scheeren. Met de knop hieronder kun je het onderzoeksrapport lezen dat op de website van Voion is gepubliceerd.