Onderzoek naar blootstelling aan Chroom-6: hoe nu verder?
Werkenden bij Defensie, de NS en in Tilburg zijn in het verleden ziek geworden nadat zij zijn blootgesteld aan chroom-6.… Meer
Nieuws
Tijdens de laatste webinar uit de reeks ‘Op weg naar de verkiezingen: werken in een nieuwe politieke werkelijkheid’ hebben vier hoogleraren de verkiezingsuitslag geanalyseerd en tips geformuleerd voor de formateur. Wat zijn hun verwachtingen van de formatie en wat geven ze de formateur mee?
Bijzonder hoogleraar Zeger van der Wal op de Ien Dales leerstoel, bijzonder hoogleraar Marc van der Meer op de leerstoel Onderwijsarbeidsmarkt, bijzonder hoogleraar Jaap Uijlenbroek op de Albeda leerstoel en bijzonder hoogleraar Frits van der Meer op de leerstoel Comparative Public Sector en Civil Service Reform kregen tijdens de webinar bij de start onderstaande video te zien, waarin studenten van de Universiteit Leiden, campus Den Haag reageren op de verkiezingsuitslag. Ze geven in de video ook aan welke (arbeidsmarkt)thema’s zij belangrijk vinden.
Frits van der Meer vindt dat de studenten goede thema’s aanstippen in de video. ‘Ze vinden hele structurele en lange termijnonderwerpen belangrijk en dat zijn ook verstandige onderwerpen. Met name cyber security. Het viel mij namelijk zelf ook op dat dit thema helemaal geen grote rol speelde tijdens de verkiezingen en het debat. Terwijl er grote organisaties zijn gehackt en er industriële spionage heeft plaatsgevonden.’ Van der Wal is het daarmee eens en geeft aan dat hij drie observaties heeft gedaan tijdens de verkiezingen.
‘Mijn eerste observatie gaat over het kiezersonderzoek dat uitwijst dat persoonlijkheden niet opeens belangrijker zijn dan inhoud, zoals sommigen beweren’, opent van der Wal zijn pitch. ‘Ik denk dat de verkiezingsuitslag eerder een structurele trend bevestigt die ik zelf in publicaties aanduidt met het woord ‘gezagsturbulentie’: het einde van grote traditionele ideologieën, steeds ontrouwer electoraat: wegzwevende kiezers, nieuwe partijen die heel snel groeien, maar bijna net zo snel weer geheel kunnen verdwijnen en een toenemende focus op ‘single issue’ en directe behoeftebevrediging. Veel kleinere partijen lijken steeds meer op actiegroepen.’
‘Diensten en regelingen moeten sámen met potentiële eindgebruikers zo eenvoudig mogelijk worden vormgegeven en niet door hoogingeschaalde ambtenaren die zelf nooit gebruik zullen maken van die regelingen en diensten’
Zeger van der Wal, bijzonder hoogleraar Ien Dales leerstoel
Voor zijn tweede observatie vraagt hij zich af of die ontwikkelingen erg zijn. ‘Die kleine partijen zullen extra hun best doen om op te vallen, maar tegelijkertijd hebben ze niet de capaciteit om stevig wetgevend werk te doen. En dat is een zorgelijke ontwikkeling.’ Hij haalt als voorbeeld de toeslagenaffaire aan: ‘De toeslagenaffaire liet zien dat wetgeving soms te snel en op basis van emotie wordt opgetuigd met weinig oog voor uitvoerbaarheid. Diensten en regelingen moeten sámen met potentiële eindgebruikers zo eenvoudig mogelijk worden vormgegeven en niet door hoogingeschaalde ambtenaren die zelf nooit gebruik zullen maken van die regelingen en diensten.’
Voor zijn derde observatie geeft Van der Wal aan wat volgens hem de opdracht is van het nieuwe kabinet. ‘Allereerst is het belangrijk dat de nieuwe regering de verleiding moet weerstaan van profileringsdrang en korte termijn focus. Dat heeft namelijk eerder geleid tot permanente reorganisaties, angstcultuur en afnemende beroepstrots bij uitvoeringsorganisaties.’ Hij sluit zijn pitch af met een slotwoord: ‘De taakstellende bezuinigingen die op een gegeven moment gaan komen, moeten slim worden ingestoken. En die moeten niet plaatsvinden in de zorg, het onderwijs of de veiligheid, waarvan het belang zich het afgelopen jaar wel weer heeft aangetoond. Maar wel bijvoorbeeld bij het afschalen van luxe huisvesting in overheidskringen nu het nieuwe werken definitief is gearriveerd. En nog veel meer gebruikmaken van nieuwe technologie, in ieder geval als deeloplossing voor bijvoorbeeld uitstroming door vergrijzing.’
Voordat Marc van der Meer drie grote uitdagingen benoemt waar het nieuwe kabinet voor staat, gaat hij kort in op de rol van de media. ‘Er is behoefte aan volledige openheid van informatie, ook in de sociale media. Dat is essentieel voor het politieke klimaat. In de publieke sector zijn er drie grote uitdagingen:
Dat brengt ons bij de kern van de opdracht om niet alleen de ambtelijke en de wettelijke bestuurlijke regels te bezien, maar ook de professionele normen die in het geding zijn. Dat is ook waar de studenten over spraken: in een wereld van digitalisering is meer real time-informatie nodig op school, op het werk en op allerlei vormen van publieke dienstverlening. Dat moet worden benut en verbeterd.’
‘Kiezers zijn niet meer trouw aan partijen en vormen hun eigen standpunt’, opent Frits van der Meer zijn pitch. ‘Dus die versplintering aan partijen is niet vreemd. Het is ook een manier voor kiezers om hun ongenoegen te tonen en nieuwe partijen te laten groeien. Wat wel een probleem is, is dat men heeft gestemd op de coronabestrijding. Affaires als de toeslagenaffaire hebben nauwelijks een rol gespeeld, maar dat komt simpelweg omdat de meeste mensen er de pijn niet van voelden en er geen last van hadden.’
Frits van der Meer gaat in zijn pitch in op de rol van de burger: ‘Er wordt veel gesproken over de samenleving en de burger. Maar wat is dat nou eigenlijk? Dé samenleving en dé burger bestaan niet. Er zijn verschillende groepen die op verschillende manieren bediend moeten worden. Neem bijvoorbeeld digitalisering. Dat is belangrijk voor de mensen die daarmee om kunnen gaan, maar digibeten en ouderen kunnen daar niet in mee. Vanuit de overheid wordt de ideale burger gecreëerd naar eigen beeld en gelijkenis. Daardoor missen mensen de boot. Probeer je daarom te verplaatsen naar de verschillende groepen en burgers die er zijn. Die vorm van dienstverlening is essentieel. Het valt me ook op dat er te weinig juridische kennis is bij partijen en er te weinig verantwoordelijkheid wordt genomen. Maar ik kijk ook naar de burgers. De burgers zijn ook schuldig. Zij kiezen de partijen tenslotte.’
‘De normen die gehanteerd werden in 2012 zijn compleet andere normen dan die nu gelden. Toen was het mensbeeld dat de burger zelfredzaam is. Nu is het mensbeeld dat de burger moet worden geholpen’
Jaap Uijlenbroek, bijzonder hoogleraar op de Albeda leerstoel
Uijlenbroek opent zijn pitch met een verwijzing naar de coronacrisis: ‘We leven in een tijd van paradoxen en alles komt tegelijk. Neem bijvoorbeeld de coronacrisis: we willen iedereen maximaal beschermen, maar we willen ook de economie open houden. De belangen en de waarheden van beide kanten botsen met elkaar. Wat mag de waarde van een mensenleven zijn? Hoeveel economische schade kunnen we dragen met elkaar? Welke schade lopen we op die onzichtbaar is, zoals in de reguliere zorg? Nog een voorbeeld van een paradox: het is waar dat Europa en internationale verdragen een hoop macht hebben weggenomen van het Nederlandse parlement, maar tegelijkertijd is het Nederlandse parlement nog nooit zo machtig geweest als nu. De coronamaatregelen grijpen diep in het persoonlijke leven van burgers. Dat had de Nederlandse overheid 20, 30 of 40 jaar geleden niet gekund. Onze normen zijn echt heel anders geworden in de loop der jaren.’
‘Dat zie je ook terug in de toeslagenaffaire. De normen die gehanteerd werden in 2012 zijn compleet andere normen dan die nu gelden. Toen was het mensbeeld dat de burger zelfredzaam is. Nu is het mensbeeld dat de burger moet worden geholpen.’ Hij vervolgt zijn pitch door aan te geven wat voor welke uitdagingen de nieuwe regering staat: ‘We zitten in de situatie dat het nieuwe kabinet echt nieuw beleid moet maken. En dat nieuwe beleid brengt veel druk met zich mee voor de publieke sector, waar de afgelopen 15 jaar ongelofelijk veel is bezuinigd en op sommige punten helemaal uitgebeend is. Dat is dus weer een ingewikkeld paradox: je gaat meer vragen, terwijl er minder vet op de botten zit. We staan dus voor een groot vraagstuk: Hoe kun je enerzijds meer leveren als overheid en tegelijkertijd ook investeren in je eigen organisatie zodat die weer stappen kan maken en er ook ruimte is voor arbeidsvoorwaarden, wat weer nodig is om te kunnen investeren in de samenleving? En investeren gaat niet altijd over geld. Het is ook de bereidheid tot anders organiseren. Hoe kun je het vertrouwen weer terugwinnen? Dat begint door problemen in ketens op te lossen.’
Frits van der Meer denkt niet dat er nu ruimte is om twee of drie belangrijke thema’s aan te wijzen waar het nieuwe kabinet mee aan de slag moet: ‘Je kunt nu niet over die verschillende belangrijke thema’s spreken, want de schaduw van corona hangt er als een sluierwolk nog boven. Die thema’s behoeven hele diepe discussies, maar corona bepaalt nog de agenda voorlopig.’ Uijlenbroek vult aan: ‘Zodra de financiële ondersteuning afgebouwd wordt, gaat de werkeloosheid toenemen en dan wordt de pijn pas echt voelbaar. En dat gaan we in het consumentenvertrouwen terugzien. Het nieuwe kabinet staat dan voor de vraag: hoe gaan we met de economie om? Want als je die de ruimte wilt geven, botst het hard met een thema als het klimaat. Ik denk dat daar fikse politieke discussies over gaan plaatsvinden. Misschien zelfs wel al aan de formatietafel.’
Van der Wal constateert dat we in bepaalde opzichten nu jaren voorlopen: ‘Het afgelopen coronajaar heeft eigenlijk een aantal langlopende trends enorm versneld. In feite heeft de nieuwe technologie en vorm van werken invloed op de arbeidsmarkt en lopen we een paar jaar voor. Dat geeft aan dat we niet moeten wachten tot de coronacrisis voorbij is en we nú die grote thema’s moeten aanpakken. Die thema’s en de coronacrisis gaan hand in hand.’
Presentator Frénk van der Linden legt Marc van der Meer de vraag voor wat hij zou doen als formateur. ‘De coronacrisis is een tijdelijke crisis die veel doorwerking gaat hebben. De vraag is hoeveel financiële beleidsruimte permitteren wij ons? Tijdens de vorige crisis hebben we ons kapot bezuinigd. Daar moet je beginnen en dat doe je aan de hand van scenario’s. Ikzelf vind dat onderwijs van structureel belang is. Daarbij is het wel van groot belang om stil te staan bij de jongeren die als gevolg van corona mogelijk buitenspel staan en minder kansen hebben op de arbeidsmarkt.’
58% van de kijkers is teleurgesteld in de verkiezingsuitslag. ‘Ik ben teleurgesteld omdat er geen echte consequenties zijn voor de mensen die verantwoordelijk zijn voor de problemen waar tegenaan lopen’
Aldus een kijker van de webinar
Een kijker stelde de volgende vraag: ‘Er wordt meer verwacht van een uitgeklede overheid. Hoe gaat de overheid het vertrouwen van burgers terugwinnen of vergroten? Er wachten ons veel thema’s die in gezamenlijkheid ter hand genomen moeten worden. Bijvoorbeeld duurzaamheidsvraagstukken, circulaire economie en de arbeidsmarkt.’ Uijlenbroek reageert: ‘Het begint bij de kwaliteit van dienstverlening, want daar is natuurlijk ook het vertrouwen weggelopen. En ja, na jaren van bezuinigingen wordt de lat nu ineens hoog gelegd. Dat maakt het heel belangrijk om aan verwachtingsmanagement te doen. Op maatschappelijk en politiek gebied. Duidelijk communiceren dat als er morgen een nieuw beleid is, overmorgen de problemen nog niet weg zijn. Geen rozentuin beloven. En daar hoort ook slecht nieuws bij, want ook dat is onderdeel van het vertrouwen terugwinnen.’
'Sociale innovatie hoeft niet veel te kosten, maar vraagt hele grote investering in de zin van moeite doen om een ander gedrag te bereiken.'
Jaap Uijlenbroek, bijzonder hoogleraar op de Albeda leerstoel
Frits van der Meer wil investerend de crisis uit: ‘Ik zou niet beginnen met bezuinigingen, maar juist beginnen met kwaliteitsinvesteringen. Als je niet investeert in je eigen overheidsapparaat, zul je uiteindelijk moeten aftreden en krijg je een crisis op termijn. Dat is hetzelfde als je jouw auto niet wilt onderhouden omdat het te duur is. Nou, dan loop je op een gegeven moment vast.’ In de video hieronder spreekt voormalig topambtenaar Roel Bekker Frits van der Meer tegen. Hij vindt het juist onlogisch als je investerend de crisis uitgaat.
Marc van der Meer is het niet compleet eens met Bekker en brengt een belangrijke nuance aan: ‘De investeringen die nodig zijn in kennis, kennisinfrastructuur, sociale innovatie en productiviteit kunnen op een andere manier georganiseerd worden en dat vraagt ook een ander prijskaartje. En dat levert juist heel veel op voor werkenden in de verschillende sectoren. In het onderwijs heb je bijvoorbeeld alfa, bèta en gamma en in onze complexe samenleving heb je ze allemaal nodig. En investeer nu eens in die leraren. Die vinden zelf steeds het wiel uit. Het vaardighedenniveau van leraren in het middelbaar onderwijs is vaak beginnend. Investeren dus!’ Uijlenbroek vult aan: ‘Investeren hoeft niet altijd in termen van miljarden euro’s, maar kan ook op organisatorisch gebied. Sociale innovatie hoeft niet veel te kosten, maar vraagt hele grote investering in de zin van moeite doen om een ander gedrag te bereiken.’
‘Denk nou eens mét mensen en niet óver mensen. Probeer mensen mee te nemen, ook al zijn ze ergens tegen, in plaats van weg te zetten’
Bijzonder hoogleraar Frits van der Meer op de leerstoel Comparative Public Sector en Civil Service Reform
Iedere spreker heeft een tip voor de formateur. Van der Wal start: ‘Je ziet in analyses dat 80 tot 90% van de energie en tijd zit in het maken van beleid, waardoor er veel te weinig wordt gekeken naar de uitvoering en implementatie. Dus focus op die uitvoering en ga niet wekelijks nieuwe beleidsvoorstellen doen. En doe het samen met de mensen die het betreft.’
De tip van Frits van der Meer: ‘Mensen zijn verschillend en ieder heeft zijn eigen vaardigheden. Denk nou eens mét mensen en niet óver mensen. Probeer mensen mee te nemen, ook al zijn ze ergens tegen, in plaats van weg te zetten. Denk niet vanuit de ambtelijke organisatie of het management.’
De tip van Marc van de Meer: ‘De duurzame ontwikkeling van werkenden, hun professionalisering en mobiliteit op de arbeidsmarkt vraagt niet alleen om een herschikking van de regels tussen werkenden in vaste en flexibele contracten (naar de commissie Borstlap), maar ook om een insteek die de capaciteiten van werkenden op alle niveaus ontwikkelt. Dat is de beste investering in werkzekerheid. Het nieuwe kabinet zou de huidige impasse op het terrein van duurzaam ontwikkelen kunnen oplossen door meer samenwerking te realiseren tussen de ministeries van OCW, SZW en EZK.
Het ligt verder voor de hand om voor praktisch geschoolde professionals een fonds te ontwikkelen met voldoende trekkingsrechten om zich tijdens de loopbaan verder te scholen.’
De tip van Uijlenbroek: ‘De huidige maatschappelijke problemen vragen om een brede analyse. Ga dus niet één probleem met één interventie oplossen. Al die grote thema’s hangen met elkaar samen: huizenmarkt, klimaat en arbeidsmarkt. Een samenhangende visie vraagt om een samenhangend pakket van maatregelen om die problemen in samenhang op te lossen. Let op de burger én heb oog voor de grotere beweging.’
Met onderstaande knop kijk je de webinar terug.
Werkenden bij Defensie, de NS en in Tilburg zijn in het verleden ziek geworden nadat zij zijn blootgesteld aan chroom-6.… Meer
Een werkgever moet voor iedereen die er werkt een sociaal veilige en integere werkomgeving bieden. Om als organisatie zo’n werkomgeving… Meer
Hannah Postma is de winnaar geworden van de CAOP-scriptieprijs 2022. Op donderdag 9 maart 2023 heeft zij de prijs in… Meer
Hoe richt je de structuur van een organisatie in om duurzaam aandacht te houden voor sociale veiligheid? Welke rol spelen… Meer
Het OM eist bijna 2 jaar celstraf tegen Haagse oud-wethouder Richard de Mos en wil hem vier jaar lang niet… Meer
Melders zijn kwetsbaar, maar bestaande wetgeving sloot hier onvoldoende bij aan. De Wet Huis voor klokkenluiders is daarom op een… Meer
De gemeente Den Haag wil alle leerlingen in het voorgezet onderwijs de kans bieden om hun talenten optimaal te ontwikkelen… Meer
Maar we gaan graag met je in gesprek. Neem contact op en wij koppelen je vrijblijvend aan één van onze experts.