Onder leiding van dagvoorzitter Tom van ’t Hek nam directeur Jan Plat van Bewegen Werkt de gasten mee in het ontstaan van de dienstverlening van Bewegen Werkt. Bewegen Werkt richt zich op mensen die om uiteenlopende redenen belemmeringen ondervinden bij de stap naar werk, zoals fysieke of psychosociale problemen. Maar ze richten zich ook op specifieke doelgroepen zoals als jongeren en statushouders. Het doel is om deze groepen een grotere kans te bieden op het vinden van werk. Dit wordt bereikt door verbetering van zowel de mentale en fysieke conditie als de leefstijl. Daarnaast wordt in het programma aandacht besteed aan arbeidsrelevante competenties, zodat de kans op werk en/of maatschappelijke participatie wordt vergroot.

Verband tussen beweging, gezondheid en ongelijkheid wordt steeds zichtbaarder
Marjolijn Olde Monnikhof, directeur-bestuurder van Stichting CAOP, legt uit dat Stichting CAOP, mede via het werk van de Beweegalliantie, Missie Mentaal en Alles is Gezondheid, het uitgangspunt van het interventieprogramma van Bewegen Werkt ondersteunt. Ze vervolgt: ‘Het is bewezen dat een gezonde fysieke en mentale conditie bijdraagt aan het stimuleren van arbeidsparticipatie, het “lekkerder in de vel voelen” en daardoor (beter) mee kunnen doen in de maatschappij’.
Olde Monnikhof neemt de aanwezigen mee in persoonlijke uitdagingen, zoals verleidingen rond ongezonde voeding en de keuze tussen sporten en ontspannen. Maar naast deze herkenbare momenten wijst ze ook op de bredere, structurele ongelijkheid op sociaal en economische vlak in de samenleving. Ze benadrukt het steeds zichtbaar wordende verband tussen gezondheid, beweging en sociaaleconomische status. ‘We zien dat de toegang tot zorg en welzijnsdiensten vaak ongelijk verdeeld is, waarbij groepen met minder financiële, sociale en culturele middelen juist meer belemmeringen ervaren. Zij hebben moeite om de weg te vinden naar passende ondersteuning en zijn tegelijkertijd vaak afhankelijk van complexe, versnipperde zorgstructuren. Zij ervaren drempels die voorkomen dat zij de hulp en ondersteuning krijgen die ze nodig hebben om gezond te leven en actief deel te nemen aan de samenleving.
Laagdrempelige programma’s zoals die van Bewegen Werkt, de Beweegalliantie en Missie Mentaal bieden volgens Olde Monnikhof een belangrijk antwoord. Deze initiatieven investeren niet alleen in gezondheid, maar ook in sociale verbinding en activatie.
Belang van gezondheid voor de toekomst van Nederland
De uitdagingen rondom vitaliteit raken niet alleen individuen, maar ook de samenleving als geheel. Olde Monnikhof wijst daarom op de bredere maatschappelijke waarde van gezondheidsbevordering: ‘We zien naast de brede personeelstekorten in sectoren als onderwijs, zorg en politie ook veel uitval onder personeel dat (deels) voorkomen had kunnen worden. Mensen zijn het grootste goed. Door al vanaf jonge leeftijd in te zetten op gezondheid en preventie, zowel mentaal als fysiek, creëren we niet alleen sociale en economische voordelen, maar vergroten we ook de veerkracht van werkenden en hun gevoel van verbondenheid.’
Ook op de werkplek is er blijvende aandacht nodig voor bevordering van de vitaliteit van medewerkers. Werkgevers spelen hierin een belangrijke rol. Olde Monnikhof benoemt een aantal voorwaarden voor het succesvol stimuleren van vitaliteit op de werkvloer:
- Draagvlak en prioriteit in de top van de organisatie
- Integratie van vitaliteit onderdeel van de visie van de organisatie
- Een systematische, structurele aanpak op verschillende niveaus (van strategie tot uitvoering)
- Betrekken van medewerkers bij ontwerp en uitvoering, vooral degenen met een verhoogd gezondheidsrisico. Alleen samen kunnen we het laten slagen.
- Budget vrijmaken voor vitaliteitsprogramma’s
- Klein beginnen met haalbare veranderingen.
- Volhouden: een cultuurverandering heeft tijd nodig
Samen naar een toekomst met meer beweging
Maar wat betekent dit alles voor de toekomst van Nederland? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat gezondheid en beweging voor iedereen toegankelijk worden? Volgens Olde Monnikhof zijn de volgende drie stappen daarin cruciaal.
Bewustwording
De cijfers schetsen een duidelijk beeld van de structurele ongelijkheid in onze samenleving. Om gezondheid te bevorderen, moeten we ongelijkheid aanpakken.
Aanpassen van programma’s
Gezondheidsinitiatieven moeten beter aansluiten bij de realiteit van mensen in kwetsbare situaties. Dat betekent dat we beweegprogramma’s moeten ontwikkelen die niet alleen sporten promoten, maar ook aandacht hebben voor sociale steun en toegankelijkheid om mensen daadwerkelijk in beweging te krijgen.
Gezamenlijke, consistente aanpak
Gezondheid is een maatschappelijk goed, en vraagt om een gezamenlijke inspanning van de overheid, werkgevers, zorgverleners en de samenleving als geheel. Hoewel Nederland diverse preventie- en beweegprogramma’s heeft, ontbreekt het soms aan een samenhangende aanpak en langdurige investeringen. Internationale literatuur onderstreept dat een geïntegreerd beleid, met een focus op langdurige financiering en evaluatie, essentieel is voor blijvende gedragsverandering. Olde Monnikhof benadrukt ook dat Nederland zou kunnen profiteren van een meer samenhangende en duurzame aanpak die bewegingsprogramma’s beter verbindt met zorg, onderwijs, en arbeidsmarktbeleid.
Samen werken aan een gezonde toekomst
Marjolijn sluit haar keynote af met oproep tot samenwerking. Vanuit het besef dat iedereen gebaat is bij een overzichtelijke en effectieve aanpak, benadrukt ze dat Stichting CAOP graag samen met andere partijen, zoals Bewegen Werkt, wil werken aan een vernieuwde, gebundelde aanpak vanaf 2026. ‘Een gezamenlijke aanpak vanuit landelijke, missiegedreven implementatieprogramma’s kan een mooie bouwsteen zijn in de uitwerking van een effectieve, samenhangende preventiestrategie’, aldus Olde Monnikhof.